
Lang, lang geleden vertaalde ik voor de opera in Brussel het libretto van de Gurrelieder, een opera van Arnold Schönberg. Ik kon de opvoering niet bijwonen, maar kreeg een liefdevol uitgegeven, drietalig libretto thuisgestuurd. Ik gaf het een ereplaats in mijn boekenkast en vermeldde de klus prominent op mijn website. Ik was beginnend vertaler en apetrots op mijn werk.
Vijf jaar later kreeg ik een mail. Een gelegenheidsensemble ging delen van de Gurrelieder ten gehore brengen en wilde een programmaboekje maken. Er was helaas geen geld, maar mocht ik genegen zijn om delen uit mijn vertaling… U begrijpt het al. Het was in de kille Halbe Zijlstra-jaren. De cultuursector was hard geraakt en ik had al eens goed betaald gekregen voor mijn werk, dus ik mailde terug: als ik twee vrijkaartjes kreeg, mochten ze mijn vertaling gebruiken.
Ik denk nog vaak terug aan dit concert, waar helemaal geen kaartjes voor bleken te bestaan. Enigszins verbouwereerd was ik wel, toen ik in de gaten kreeg dat het publiek zó naar binnen kon lopen. Maar dat was vergeven en vergeten zodra het zaallicht uitging. Reinbert de Leeuw stond op de bok en Christianne Stotijn zong de sterren van de hemel. Ademloos genietend zat ik in het publiek. En trots, opnieuw. Er hadden zich vast niet veel mensen in mijn vertaling verdiept, maar toch: aan deze indrukwekkende gebeurtenis, dit culturele hoogtepunt, had ík een steentje bijgedragen.

Afgelopen jaar stelde het Nederlands Letterenfonds een regeling open om vertalers aan het werk te houden tijdens de coronacrisis. Wie een onontdekt meesterwerk kende dat een Nederlands publiek verdiende, kon subsidie krijgen om een fragmentvertaling te maken en die aan uitgevers voor te leggen. Zodra ik van de regeling hoorde, diende ik een voorstel in. Mijn onontdekte parel: Der traurige Gast van Matthias Nawrat, een roman over emigratie, de grote stad en het nieuwe Europa. Toen ik hem voor het eerst las, zat ik al te fantaseren: als ik dít nou eens kon gaan vertalen…
Ik kreeg de subsidie toegekend (taart in huize Aarnout), maakte een proefvertaling, schreef er een bevlogen leesrapport bij en begon uitgevers te mailen, in de stellige overtuiging dat ze me gauw zouden bellen. Maar nee, de uitgevers belden niet. Misschien waren ze al platgemaild met fragmentvertalingen? Misschien hadden ze geen zin in een Pools-Duitse auteur met een snor? Of misschien… Nee, aan mijn fragmentvertaling kon het natuurlijk niet liggen.
Vorige week heb ik mijn vertaling en mijn leesrapport maar op mijn website gezet, met wat citaten uit de lovende Duitse recensies erbij. Terwijl ik zat te tikken en te klikken, dacht ik terug aan dat concert met Reinbert de Leeuw en Christianne Stotijn. Aan die vrijkaartjes voor dat gratis concert, die misschien wel de mooiste beloning uit mijn vertaalcarrière waren. Wie weet, dacht ik, wat voor verrassend mailtje ik in 2030 krijg over Der traurige Gast. Aan het boek zal het niet liggen, dat is tegen die tijd ook nog wel een klassieker.
Geschreven voor Boekblad.nl. Benieuwd naar Der traurige Gast van Matthias Nawrat? Lees nu mijn proefvertaling en leesrapport. Op de hoogte blijven van mijn blog? Schrijf je in voor de nieuwsbrief, of volg me op Twitter of LinkedIn.